“Ik maak programma’s, test en verbeter ze met code, algoritmes en programmeerconcepten.”

Programmeren

Programmeren is eigenlijk het in de goede volgorde maken (en opvolgen) van een reeks opdrachten. Het is dus veel meer dan alleen maar werken met robots. Maar om een goede reeks opdrachten te maken, moet je wel eerst zélf heel goed nadenken. Is je opdracht niet duidelijk, of klopt de volgorde van je opdtrachten niet, dan kan iets flink in de soep lopen. Dáárover gaat het kerndoel programmeren.

De leerlijnen van dit kerndoel zijn “Programmeren en algoritmes ontwerpen“, “Taak en doel van een computerprogramma” en “Testen en verbeteren van code en algoritmes“. 

Programmeren is niet alleen iets van de bovenbouw. Het kan ook al heel goed met de middenbouw en met de kleuters zoals het voorbeeld van de schoenen en de sokken van hierboven. Is je ‘algoritme’ verkeerd, dan klopt je ‘output’ ook niet meer. En heb je wel rekening gehouden met de ‘variabelen’? Als het regent, kun je beter je laarzen aandoen en als het warm is je sandalen, maar dan sla je je sokken beter over. 

In de middenbouw zou je werkwoordspelling heel goed kunnen combineren met programmeren, want ook dat is het opvolgen van een aantal instructies in de goede volgorde. Door situaties en lessen net op een andere manier te benaderen of te verwoorden programmeer je al meer dan je denkt!